Afspel Les 6: Troefspel: Troef vs sans

Afspel Les 6: Troefspel
6.1: Troef vs sans
6.2: 8 kaarten samen is een fit
6.3: Verliezers troeven
6.4: Vrijtroeven van een werkkleur
6.5: Cross Ruff
6.6: Troefcontrole
6.7: Wanneer niet troeftrekken

Troef vs sans

In een sans contract gaat het voornamelijk om lengteslagen en plaatjes te ontwikkelen en te snijden om de geboden slagen waar te maken. En om dat voor elkaar te krijgen houdt je rekening met entrees en blokkades.

In troef kom je al deze technieken ook tegen, maar in troef zijn er meerdere mogelijkheden. Door de troeven is het makkelijker om controle over het spel te houden. Zolang we nog troefkaarten hebben kunnen de tegenstanders geen lange vrije kleur meenemen, wat ze in sans wel kunnen doen als de verdediging hun kleur hoog heeft gespeeld.

Maar troeven kunnen ook gebruikt worden om verliezers te troeven en lange kleuren hoog te krijgen. Doordat troefkaarten zo krachtig zijn kunnen we veel vaker manches en slem bieden, zonder over voldoende plaatjespunten te beschikken. Daarom tellen we ook bonuspunten voor korte kleuren als we weten dat we troef gaan spelen. 3 pnt voor een renonce, 2 voor een singelton en 1 voor een dubbelton.

Om al deze redenen tellen we bij het speelplan in troef ook de verliezers omdat het vaak makkelijker is om te focussen hoeveel slagen je dreigt te verliezen dan te focussen op te ontwikkelen slagen. Overigens tel je nog steeds je slagen, in sommige spellen (slem bijvoorbeeld) blijft dat handig.

Een verliezer is een slag die je mogelijk of zeker gaat verliezen. En verliezers tel je altijd vanuit je eigen hand tenzij de dummy meer troeven heeft. Verliezers tel je wel in samenwerking met de dummy, maar slechts vanuit 1 kant.

Heb je 3 2 in de dummy tegenover 5 4 dan tel je twee verliezers in schoppen waar je niets aan kan doen, dit zijn snelle verliezers die de tegenstander op kunnen rapen als ze aan slag zijn of komen. Deze verliezers zullen weg moeten op een lange kleur.

Heb je AK in de dummy tegenover 5 4 dan tel je nul verliezers. In schoppen ga je geen enkele slag verliezer.

Het je A Q in de dummy tegenover 4 5 dan tel je 1 mogelijke verliezer, zit de heer verkeerd dan gaat de vrouw een slag aan de heer verliezen. Maar zit de heer goed dan gaat er geen slag verloren. Je telt hem wel als 1 mogelijke verliezer en een oplossing is natuurlijk snijden om deze verliezer te voorkomen

Heb je 4 in de dummy tegenover 7 6 tel je als 2 verliezers! Maar 1 van die verliezers kan ingetroefd worden, want er ligt maar 1 schoppen in de dummy. De oplossing om van deze tweede verliezer af te komen is dan ook om een schoppen slag af te staan en de 2e schoppen te troeven.

Heb je K Q 5 3 in de dummy tegenover A 8 7 6 4 is nog steeds 1 mogelijke verliezer. Het is alleen een verliezer als de schoppens 4-0 verdeeld zitten en zal dus niet zo vaak gebeuren. Je moet hem wel tellen en rekening mee houden dat het gebeurt, maar als er meer waarschijnlijke verliezers zijn in andere kleuren en het zijn er ook nog eens te veel dan kan je je beter focussen op die andere verliezers

   Volgende hoofdstuk: 8 kaarten samen is een fit